Op Prinsjesdag zijn er een aantal wijzigingen bekend gemaakt voor 2023 waarvan ik hieronder een aantal belangrijke wil noemen. Voor nu is nog niet voor alle maatregelen bekend wanneer de wijzigingen precies ingaan, omdat de besluiten nog door de Kamer moeten worden beoordeeld.
Inkomstenbelasting
1. Box 3
Het huidige tarief in box 3 wordt met 1% per jaar verhoogd naar 34% in 2025. Met ingang van 1 januari 2023 wordt het heffingsvrije vermogen verhoogd van € 50.650 naar € 57.000. Voor partners wordt het heffingsvrije vermogen daarmee verhoogd van € 101.300 naar € 114.000.
In het Wetsvoorstel Overbruggingswet box 3 wordt voor de jaren 2023 tot en met 2025 voorgesteld om box 3 in lijn te brengen met de oplossing die in het rechtsherstel is gehanteerd, de forfaitaire spaarvariant. Vanaf 2026 zal een nieuw stelsel voor box 3 worden ingevoerd.
2. Verhogen onbelaste reiskostenvergoeding
Momenteel kan de werkgever voor de kosten van vervoer een onbelaste vergoeding geven van maximaal € 0,19 per kilometer. Deze zal per 1 januari 2023 worden verhoogd tot € 0,21 per kilometer. Per 1 januari 2024 zal het maximum vervolgens verder worden verhoogd naar € 0,22 per kilometer. Dit geldt ook voor de zakelijke kilometers die met de privé auto worden gereden.
3. Uitfaseren oudedagsreserve
Met ingang van 1 januari 2023 kan een oudedagsreserve niet verder meer worden opgebouwd, waarbij de tot en met 31 december 2022 opgebouwde oudedagsreserve op basis van de huidige regels kan worden afgewikkeld.
4. Verlagen zelfstandigenaftrek
In het coalitieakkoord is afgesproken om de afbouw van de zelfstandigenaftrek te versnellen. De zelfstandigenaftrek zal met ingang van 2023 in verschillende stappen worden verlaagd van € 6.310 in 2022 naar € 900 in 2027. De verhoging van de zelfstandigenaftrek voor starters, de zogenoemde startersaftrek, blijft overigens ongewijzigd (€ 2.123).
5. Afschaffen middelingsregeling
Voorgesteld wordt om de middelingsregeling per 1 januari 2023 af te schaffen, maar nog wel overgangsrecht op te nemen voor jaren na 2022, mits ook 2022 in het middelingstijdvak wordt betrokken. Dit betekent dat middelen over een middelingstijdvak met alleen kalenderjaren vanaf 2023 niet meer mogelijk is. Het laatste tijdvak waarover nog kan worden gemiddeld omvat derhalve de kalenderjaren 2022, 2023 en 2024.
6. Aanpassen culturele multiplier voor partners
Het bedrag aan aftrekbare giften aan culturele ANBI’s wordt verhoogd met 25%, maar ten hoogste € 1.250, ook bij fiscaal partners gezamenlijk.
8. Uitfaseren IACK
Voorgesteld wordt om de IACK (Inkomens Afhankelijke Combinatie Korting) vanaf 2025 af te schaffen, behalve voor ouders met (een of meer) kinderen die vóór 1 januari 2025 zijn geboren.
9. Afbouw algemene heffingskorting met verzamelinkomen
Met de voorgestelde maatregel wordt de afbouw niet langer uitsluitend afhankelijk van de hoogte van het inkomen uit werk en woning, maar van het verzamelinkomen.
10. Oudedagsverplichting aanwenden ter verkrijging van een lijfrente
De regering stelt voor om onder nader te stellen voorwaarden het mogelijk te maken dat een ODV (Oude Dags Voorziening) ook kan worden aangewend ter verkrijging van een lijfrente, een lijfrenterekening of een lijfrentebeleggingsrecht na het kalenderjaar waarin de leeftijd wordt bereikt die vijf jaar hoger is dan de AOW-gerechtigde leeftijd.
11. Hypotheekrenteaftrek
De huidige afbouw van de hypotheekrenteaftrek leidt tot een maximering van de aftrek op het basistarief van 37,05 procent in 2023. Deze afbouw wordt niet verder versneld. Het kalenderjaar waarin de leeftijd wordt bereikt die vijf jaar hoger is dan de AOW-gerechtigde leeftijd.
Omzetbelasting / btw
1. Btw-nultarief voor levering en installatie van zonnepanelen
Het kabinet wil het btw-nultarief zo snel mogelijk van toepassing laten zijn op de levering en installatie van zonnepanelen op of in de onmiddellijke nabijheid van woningen, namelijk per 1 januari 2023.
Vanwege de gewenste snelheid is ervoor gekozen de maatregel nu voor te stellen voor de levering en installatie van zonnepanelen op of in de onmiddellijke nabijheid van woningen en daarin niet de openbare gebouwen en andere gebouwen die worden gebruikt voor activiteiten van algemeen belang mee te nemen. Verder onderzoek zal moeten plaatsvinden (met name gericht op de afbakeningsproblematiek) of en zo ja in hoeverre het mogelijk en wenselijk is het btw-nultarief ook toe te passen wanneer zonnepanelen worden geleverd en geïnstalleerd op openbare en andere gebouwen die worden gebruikt voor activiteiten van algemeen belang.
In 2022 werd de levering en installatie van zonnepanelen nog belast tegen het algemene btw-tarief van 21%. Particuliere zonnepaneelhouders konden de in rekening gebrachte btw onder voorwaarden geheel of gedeeltelijk terugvragen. In de praktijk leverde dit voor zonnepaneelhouders en de belastingdienst een aanzienlijke administratieve en uitvoeringslast op. Door deze wetswijziging probeert het kabinet deze administratieve en uitvoeringslast te verminderen. Door toepassing van het nultarief drukt er namelijk geen btw meer op de aanschaf en installatie van de zonnepanelen waardoor de zonnepaneelhouders geen btw meer terugvragen.
Inkomstenbelasting
1. Box 3
Het huidige tarief in box 3 wordt met 1% per jaar verhoogd naar 34% in 2025. Met ingang van 1 januari 2023 wordt het heffingsvrije vermogen verhoogd van € 50.650 naar € 57.000. Voor partners wordt het heffingsvrije vermogen daarmee verhoogd van € 101.300 naar € 114.000.
In het Wetsvoorstel Overbruggingswet box 3 wordt voor de jaren 2023 tot en met 2025 voorgesteld om box 3 in lijn te brengen met de oplossing die in het rechtsherstel is gehanteerd, de forfaitaire spaarvariant. Vanaf 2026 zal een nieuw stelsel voor box 3 worden ingevoerd.
2. Verhogen onbelaste reiskostenvergoeding
Momenteel kan de werkgever voor de kosten van vervoer een onbelaste vergoeding geven van maximaal € 0,19 per kilometer. Deze zal per 1 januari 2023 worden verhoogd tot € 0,21 per kilometer. Per 1 januari 2024 zal het maximum vervolgens verder worden verhoogd naar € 0,22 per kilometer. Dit geldt ook voor de zakelijke kilometers die met de privé auto worden gereden.
3. Uitfaseren oudedagsreserve
Met ingang van 1 januari 2023 kan een oudedagsreserve niet verder meer worden opgebouwd, waarbij de tot en met 31 december 2022 opgebouwde oudedagsreserve op basis van de huidige regels kan worden afgewikkeld.
4. Verlagen zelfstandigenaftrek
In het coalitieakkoord is afgesproken om de afbouw van de zelfstandigenaftrek te versnellen. De zelfstandigenaftrek zal met ingang van 2023 in verschillende stappen worden verlaagd van € 6.310 in 2022 naar € 900 in 2027. De verhoging van de zelfstandigenaftrek voor starters, de zogenoemde startersaftrek, blijft overigens ongewijzigd (€ 2.123).
5. Afschaffen middelingsregeling
Voorgesteld wordt om de middelingsregeling per 1 januari 2023 af te schaffen, maar nog wel overgangsrecht op te nemen voor jaren na 2022, mits ook 2022 in het middelingstijdvak wordt betrokken. Dit betekent dat middelen over een middelingstijdvak met alleen kalenderjaren vanaf 2023 niet meer mogelijk is. Het laatste tijdvak waarover nog kan worden gemiddeld omvat derhalve de kalenderjaren 2022, 2023 en 2024.
6. Aanpassen culturele multiplier voor partners
Het bedrag aan aftrekbare giften aan culturele ANBI’s wordt verhoogd met 25%, maar ten hoogste € 1.250, ook bij fiscaal partners gezamenlijk.
8. Uitfaseren IACK
Voorgesteld wordt om de IACK (Inkomens Afhankelijke Combinatie Korting) vanaf 2025 af te schaffen, behalve voor ouders met (een of meer) kinderen die vóór 1 januari 2025 zijn geboren.
9. Afbouw algemene heffingskorting met verzamelinkomen
Met de voorgestelde maatregel wordt de afbouw niet langer uitsluitend afhankelijk van de hoogte van het inkomen uit werk en woning, maar van het verzamelinkomen.
10. Oudedagsverplichting aanwenden ter verkrijging van een lijfrente
De regering stelt voor om onder nader te stellen voorwaarden het mogelijk te maken dat een ODV (Oude Dags Voorziening) ook kan worden aangewend ter verkrijging van een lijfrente, een lijfrenterekening of een lijfrentebeleggingsrecht na het kalenderjaar waarin de leeftijd wordt bereikt die vijf jaar hoger is dan de AOW-gerechtigde leeftijd.
11. Hypotheekrenteaftrek
De huidige afbouw van de hypotheekrenteaftrek leidt tot een maximering van de aftrek op het basistarief van 37,05 procent in 2023. Deze afbouw wordt niet verder versneld. Het kalenderjaar waarin de leeftijd wordt bereikt die vijf jaar hoger is dan de AOW-gerechtigde leeftijd.
Omzetbelasting / btw
1. Btw-nultarief voor levering en installatie van zonnepanelen
Het kabinet wil het btw-nultarief zo snel mogelijk van toepassing laten zijn op de levering en installatie van zonnepanelen op of in de onmiddellijke nabijheid van woningen, namelijk per 1 januari 2023.
Vanwege de gewenste snelheid is ervoor gekozen de maatregel nu voor te stellen voor de levering en installatie van zonnepanelen op of in de onmiddellijke nabijheid van woningen en daarin niet de openbare gebouwen en andere gebouwen die worden gebruikt voor activiteiten van algemeen belang mee te nemen. Verder onderzoek zal moeten plaatsvinden (met name gericht op de afbakeningsproblematiek) of en zo ja in hoeverre het mogelijk en wenselijk is het btw-nultarief ook toe te passen wanneer zonnepanelen worden geleverd en geïnstalleerd op openbare en andere gebouwen die worden gebruikt voor activiteiten van algemeen belang.
In 2022 werd de levering en installatie van zonnepanelen nog belast tegen het algemene btw-tarief van 21%. Particuliere zonnepaneelhouders konden de in rekening gebrachte btw onder voorwaarden geheel of gedeeltelijk terugvragen. In de praktijk leverde dit voor zonnepaneelhouders en de belastingdienst een aanzienlijke administratieve en uitvoeringslast op. Door deze wetswijziging probeert het kabinet deze administratieve en uitvoeringslast te verminderen. Door toepassing van het nultarief drukt er namelijk geen btw meer op de aanschaf en installatie van de zonnepanelen waardoor de zonnepaneelhouders geen btw meer terugvragen.